Goed voorbereid is het halve werk. Dat geldt zeker bij een trail. Schoen- en kledingkeuze kunnen een belangrijke rol spelen in het plezierig presteren tijdens een wedstrijd of training over de onverharde paden. Normaal gesproken kan je in Nederland de trail lopen in je normale loopkledij. Korte broek, shirtje en je gewone hardloopschoenen. Maar Nederland zal Nederland niet zijn als uitgerekend op de dag van de wedstrijd of je geplande trailtraining de staatjes bij het weerbericht spreken over negentig procent neerslag. Dan zijn schoenen met veel profiel en misschien ook wel met het waterdichte Gore-tex wel handig.
Schoenen en sokken
Er zijn trails in alle soorten omgevingen: hooggebergte, modderpaden, duingebieden, noem het allemaal maar op. Tegenwoordig zijn er voor elk terrein wel aparte modellen schoenen te verkrijgen. Zoals ik al eerder aangaf, in Nederland zijn de omstandigheden meestal niet heel extreem. Een allround trailschoen voldoet dan prima. Een goede schoen heeft een grof profiel zonder dat je het gevoel hebt op noppen te lopen zoals op voetbalschoenen. Meestal heeft de schoen een wat hardere plaat in de tussenzool om geen last te hebben van het stappen op scherpe stenen. Ook de voorkant van de schoen is om die reden vaak iets verstevigd om de klappen van het stoten tegen keien, boomstronken en andere obstakels te verlichten.
Naast de algemene trailschoenen zie je twee soorten andere trailschoenen. De lichtgewicht wedstrijdschoen, soms minimalistisch uitgevoerd met net genoeg bescherming tegen stoten en met een beschermende tussenzool. Het contact met de grond is vaak erg goed waardoor afzetten, draaien en keren vlot gaan. Als je gewend bent om op lichte schoenen te lopen is dit wel een uitkomst.
Naast de schoenen met bescherming tegen rotsen en ander weinig meegevend ongemak zijn er ook schoenen waarmee je zonder veel weg te glijden door de modder kan raggen. Deze schoenen hebben meestal een noppenpatroon onder de zool.
De rubbersoorten die gebruikt worden in de zool geven vaak een “plakkerig” gevoel op stenen en asfalt. Fijn om niet uit te glijden over glibberige rotsen maar het is daardoor ook wat minder slijtvast als de rubbersoorten die onder wegschoenen worden gebruikt. Gebruik trailschoenen daarom dan ook niet te veel op het asfalt.
Als je heel veel door water of sneeuw moet lopen dan kan een schoen uitgevoerd met Gore-tex een uitkomst zijn. Maar onder warme omstandigheden is het ademend vermogen een groter goed dan de waterdichtheid.
Diverse merken hebben ook trailsokken in het assortiment. In mijn ogen onnodig, op gewone loopsokken kan je ook prima lopen. Wel is het zo dat de trailsokken vaak donkergekleurd zijn. Dat is een voordeel ten opzichte van wit. Want van vieze modder knappen je witte sokken niet op.
Compressiekousen zijn ook populair in het traillopen. Of het nut heeft valt te betwijfelen maar ook daarbij kan je stellen, als je het gewend bent en het prettig vindt, gewoon doen.
Broek, shirt en jackje
De keuze voor het type broek is puur persoonlijk. Wat draag je graag? Hoe warm of hoe koud is het en hoe warm of hoe koud zou het in de wedstrijd kunnen worden? Als je een trail loopt met veel hoogteverschil kan het bij de start in het dal geheel anders zijn dan boven op de bergkam. Kennis van het parcours en de omstandigheden is dan ook cruciaal. Een tight beschermt de benen wat meer dan een korte short. Er zijn lopers die de bij vrouwen populaire driekwart tight prefereren omdat dan ook de knieën wat beter beschermd zijn.
Hardlopen in een singletje zonder mouwen is erg lekker met mooi weer. Maar als je een rugzakje met water en proviand mee moet nemen dan kunnen de banden van de rugzak al snel gaan irriteren. Train dan ook met een rugzak en het shirt dat je graag zou willen dragen tijdens de trail. Ik heb enkele keren vervelende brandblaren opgelopen op mijn onderrug door het zachtjes schuren van de rugzak in combinatie met de synthetische stof van mijn shirt. Een zwart shirt is bij warm weer af te raden. Bij twijfel tussen lange en korte mouwen neem ik gewoon armstukken mee die ik ook voor het wielrennen gebruik. Sinds enkele jaren zijn ze ook gemeengoed geworden in de loperswereld. Een praktisch stukje textiel dat je gemakkelijk tussen de band van je broek stopt als je ze even kwijt wilt.
Naast de schoenen vind ik het jasje het belangrijkste kledingstuk. Alhoewel de lichtgewicht kwaliteitsjackjes niet goedkoop zijn vind ik het een onmisbaar item tijdens de zware trails. Een goed jackje is superlicht, erg makkelijk weg te proppen in de rugzak, winddicht en heeft enkele zakjes voor bijvoorbeeld een autosleutel en pasjes.
Bij koude omstandigheden is het belangrijk om diverse laagjes aan te trekken. Een thermoshirt, loopshirt met lange mouwen en een windjackje of -vestje is vaak genoeg om in de kou of bij een gure wind goed te kunnen presteren.
Hoofdbedekking
Bij warm weer is het altijd handig om je hoofd te bedekken. Een petje met een klep werkt prima tegen de zon. Maar in een bosrijke omgeving kan een klep voor je ogen weleens heel gemene botsingen met laag overhangende takken geven. Dat is op te lossen door in het bos je pet om te draaien. Een buff is ook een handig hoofddeksel, zeker omdat het vaak een lichtgewicht stukje stof is dat ook om de nek gedragen kan worden en makkelijk ergens weggeborgen kan worden in een rugzakje. Maar dan mis je wel de klep van je petje. Met warm weer wil ik graag mijn petje of buff geregeld nat maken om wat verkoeling te hebben. En als het koud is ga ik sowieso de deur niet uit zonder mijn buff van merinowol.
Lees ook deel 1: introductie
Dit artikel is op 7 juni 2012 gepubliceerd op Prorun.nl